“Dit kan toch niet in Nederland?”

— Amber Martens

Amber Martens werkt aan complexe vraagstukken: hoe help je mensen die zorg mijden, overlast veroorzaken of voor onze samenleving ‘niet meer bestaan’? Als out-reachend hulpverlener werkt ze aan bijzondere cases, zoals die van ‘Bill’. Een 64-jarige man die in een vervallen bunker in de duinen van Hellevoetsluis leefde.

De man in de bunker

“Er zit iemand in een bunker in de duinen,” vertelde een cliënt aan mijn collega Willem. Hij had een man in een slaapzaak aangetroffen die daar al een tijdje leek te verblijven. Ook een boswachter maakte melding van de man, toen hij hem in het holst van de nacht tegenkwam tijdens het tellen van vleermuizen. Willem en ik gingen samen polshoogte nemen. Met een pakket van de voedselbank onder de arm liepen wij naar de bunker. We riepen dat we eten bij ons hadden en even later wurmde een oude man zich door een spleet naar buiten. De man, die we in dit verhaal Bill noemen, vertelde zijn verhaal.

Hoe het allemaal misging

Bill werkte 45 jaar in de haven. Na zijn ontslag kreeg hij een uitkering en verdiende zwart bij in een tuincentrum. Toen de gemeente daarachter kwam, werd hij op zijn uitkering gekort en kon hij zijn woning niet meer betalen. Bill was gescheiden en had geen contact meer met zijn kinderen. Gelukkig werd hij opgevangen door een vriend, die hem in zijn vakantiehuisje liet wonen. Dit ging goed, totdat zijn vriend overleed. Het huis werd verkocht en Bill stond opnieuw op straat. De daklozenopvang was niets voor hem. Hij verbleef liever in de duinen, dichtbij de natuur.

We vroegen Bill op kantoor langs te komen. Hij had geen klok, maar met behulp van de zonnestand wist hij op tijd voor het gesprek te verschijnen. Al maanden verzamelde Bill zwerfafval en ruimde de duinen op. “Zo doe ik iets terug voor de maatschappij,” vertelde hij. Een maatschappij voor wie Bill niet meer bestond: hij stond nergens meer geregistreerd en had geen paspoort. Hij wilde niet weg uit de duinen, maar aanvaardde wel hulp van de kleding- en voedselbank.

Na een tijdje vroeg Bill toch om hulp bij het vinden van een woning. Niet alleen de muizen hadden hem gevonden, maar ook mensen in het dorp wisten van zijn leefomstandigheden. Bill wilde weer ergens ‘normaal’ wonen en ging naar de opvang in Rotterdam.

Van een bunker naar bejaardenwoning

De daklozenopvang is nu bezig om een woning voor Bill te regelen. We hebben een identiteitskaart en een daklozenuitkering aangevraagd. Binnenkort wordt hij 65 en krijgt hij pensioen. Met behulp van de gemeente proberen we hem in een ouderenwoning in Hellevoetsluis te plaatsen. Hij zal daar niet achter de geraniums gaan zitten, want Bill is graag bezig en is van plan mensen te helpen met het onderhouden van hun thuis of het plaatsen van een schutting.

Veel mensen reageren op dit soort verhalen met: “Dit kan toch niet in Nederland.” Maar Bill is niet de enige. Jaarlijks zien wij alleen in Hellevoetsluis al vijf á zes van dit soort situaties voorbijkomen. Het kost veel tijd en moeite, maar het is ook geweldig wanneer we deze mensen opnieuw onderdeel maken van onze samenleving.