“Een moeder die ineens begrijpt waarom haar dochtertje af en toe een woede-uitbarsting heeft. Een kind dat met een paar tips leert om gemakkelijker vriendjes te maken. Of een gezin waar ondanks echtscheidingsperikelen de sfeer goed blijft. Dat zijn de mooie succesverhalen van schoolmaatschappelijk werk.

Wij zijn er vooral voor kortdurende en preventieve hulp. En met zes of zeven gesprekken kunnen wij vaak al veel verschil maken. De problemen waarmee kinderen worstelen, liggen vaak op het sociaal-emotionele vlak. Daarnaast zie ik veel kinderen die het lastig hebben met de scheiding van hun ouders.

Als schoolmaatschappelijk werker heb ik gesprekken met ouders en met kinderen. In de gesprekken met ouders geef ik vooral handvatten waarmee ze thuis aan de slag kunnen.

Ik leer ze kleine ‘trucjes’ die kunnen helpen om gedragsverandering te bereiken. Maar ook een goed boek, zoals ‘Ik snap het wel, maar niet zo snel’ kan ouders op weg helpen. Met de kinderen doe ik vaak spelletjes of we gaan tekenen om zo op een laagdrempelige manier het probleem te benoemen én een oplossing te vinden. Een kind dat maar moeilijk kan stilzitten? Dan gaan we samen lekker een rondje lopen. Hoef je elkaar niet aan te kijken en dat praat vaak net even makkelijker.

Ik zie dat corona op sommige kinderen veel invloed heeft. Ze krijgen thuis de discussies over dit onderwerp mee of durven bijvoorbeeld opa en oma niet meer te knuffelen. Ook dan kunnen wij als maatschappelijk werker veel voor een kind betekenen. Een luisterend oor is soms al genoeg.”